Hoe motiveer jij anderen

Mensen goed motiveren is een kunst apart. De meest bekende manier is die van belonen en straffen. Goed gedrag beloon je en slecht gedrag straf je. Ondanks dat deze methode veelvuldig wordt toegepast (denk aan opvoeding) is dit niet altijd de meest effectieve methode. Een andere veelgebruikte, echter niet heel effectieve methode is die van schuldgevoel. Mensen zijn makkelijk in beweging te zetten door schuldgevoel, echter het is vaak een kortdurende motivatie en daarnaast als dat schuldgevoel onterecht is zullen mensen zich veelal gemanipuleerd voelen. Toch komt deze laatste vorm helaas veel voor in kerken en gemeenten. We behoren  goed voor de armen te zorgen, het evangelie te verspreiden, netjes te leven  en zo zijn er tal van regels en verplichtingen waar aan we ons behoren te houden. Doen we dat niet dan is daar de moraliserende donder preek om mensen weer scherp te houden.

 

In de brief aan Filemon lezen dat Paulus echter liever aanspoort met liefde dan met wat men behoort te doen vanuit Christus (Filemon 1:8-9). Niet de verplichting maar de vrije keus vanuit liefde staat bij hem voorop.  De vraag in dit artikel is dan ook: Hoe kan je goed motiveren? Zelf daar over nadenkend kwam ik tot het volgende rijtje:

  • Wees oprecht geïnteresseerd in die ander en in zijn of haar beweegreden. Motiveer door oprecht het beste voor te hebben met die ander. Laat zien dat je het belang van die ander werkelijk hoog acht.
  • Wees duidelijk over je visie, je doel, waarom je iets wilt. Wees eerlijk over je beweegredenen.[1]
  • Communiceer niet alleen duidelijk waarom je iets wil maar ook wat je verwacht. Vertel daarbij ook wanneer je wilt dat er tot actie wordt overgegaan, wat de kaders zijn en wat de context is. Te weinig informatie werkt demotiverend.[2]
  • Sta serieus stil bij de obstakels en weerstanden van de ander, probeer ze boven water te krijgen. Bagatelliseer die obstakels en weerstanden niet, maar denk mee in oplossingen. Probeer je in te leven in die ander.
  • Maak er een uitdagend avontuur van in plaats van een angstige reis. Maar blijf daarin wel eerlijk.

Goed nadenken over hoe je mensen gaat motiveren en je daar bij de vraag stellen of het ook Bijbels is, is erg belangrijk. Jezus motiveerde mensen niet vanuit schuldgevoel. Jezus motiveerde mensen veelal door hen te laten zien hoe ze anders en beter op situaties konden reageren. Hij liet hen het positieve van Gods koninkrijk zien.  De zaligsprekingen, Zijn onderwijs over het koninkrijk van God en  de geweldige kracht die Hij door Zijn wonderen tentoonspreidde, zijn hier voorbeelden van.  Vervolgens daagde Hij mensen uit deel aan dat mooie koninkrijk van God te krijgen (zie Matt. 6:33) en daar alles voor op te geven (Matt. 13:44-45). Jezus ruste zijn discipelen toe en liet Zijn discipelen zien wie zij konden zijn in Zijn kracht (Markus 6:7,  Lukas 10:17). Tegelijkertijd liet Hij hen nadenken (Lukas 10:20) over het leven hierna en was Hij  heel eerlijk zowel over de prijs van het volgen (Matt. 10:38) als over de consequenties als je hem wel of niet wilde gaan volgen (Matt. 13:40-43).

Jezus sloot voornamelijk aan bij de intrinsieke motivatie van mensen. Hij accepteerde hen zoals ze waren en Hij liet zien wie ze konden zijn. Een sterk voorbeeld hiervan is Zacheüs. Jezus accepteerde Hem, Hij klopte bij Zacheüs aan om bij hem te eten. Bij iemand aankoppen om te komen eten was in die cultuur een teken van acceptatie en vriendschap. Na deze ontmoeting met Jezus veranderde Zacheüs van corrupte collaborateur naar trouwe discipel. Iemand die zijn misstappen recht zette en aanzienlijke veel geld gaf aan de armen. Dit deed hij niet omdat het hem verplicht werd. Uit dankbaarheid gaf hij. Tevens zag hij in dat dit juist was om te doen (Lukas 19:8). 

 

Heel interessant is dat dit principe van acceptatie ook binnen veel huidige literatuur over leiderschap geleerd wordt. Een voorbeeld daarvan is het volgende citaat: “Ons model daarentegen suggereert het tegenovergestelde:  mensen zijn altijd al gemotiveerd om te worden wat ze willen zijn, ook bijvoorbeeld iemand die niet hard werkt. Wanneer we zo iemand alleen willen motiveren tot harder werker, ontkennen we de kracht en de complexiteit van zijn eigen identiteitsbeslissingen.  …/…\…  Motivatie kon dus om te beginnen weleens niet de beste manier zijn om het probleem in te kaderen.  In plaats daarvan is het misschien wel de taak van de manager, gewoon te onderkennen wie iemand wil zijn.  …/…\… mensen hebben de behoefte aan acceptatie en niet aan motivatie, en moeten dienovereenkomstig gemanaged worden.”[3]

 

Acceptatie van de identiteit van de ander wordt dus gezien als ultiem middel om mensen te motiveren. In Bijbelse termen zou je hier ook het woord “genade” kunnen noemen.  Onverdiende acceptatie als ultiem motivatiemiddel. Deze vorm van motiveren vraagt verder dat je als leider gaat ontdekken wie de ander werkelijk is en wat die ander drijft. Dit proces is een proces waar we de tijd voor moeten nemen vooral ook omdat een persoon meer kanten heeft.[4]  De unieke identiteit van de ander wordt onthuld door zijn/haar spreken en handelen, je kunt dit dus waarnemen en omschrijven. Ondanks dat is de identiteit moeilijk te definiëren omdat ze aan verandering onderhevig is.

 

Het belang van het aansluiten op de identiteit van die ander mag niet onderschat worden. Wanneer identificatie met de organisatie of visie van de leider gaat ontbreken dan zal loyaliteit verdwijnen.[5]  De zoektocht naar motiveren door acceptatie leidt ook naar de zoektocht naar waar iemands sterke en zwakke punten liggen, om vervolgens niet de nadruk te leggen op de zwakke punten maar juist op de sterke punten. Anderen helpen zich te focussen op waar ze goed in zijn[6]. Hen helpen om dat te gaan doen en zo min mogelijk zich te begeven in waar ze niet goed in zijn. Goede hulpmiddelen om te ontdekken waar iemands sterke kanten liggen zijn bijvoorbeeld de kernkwadranten. De kernkwadranten zijn ontstaan vanuit een theorie die door Ir. D. Ofman is ontwikkeld. De theorie gaat er vanuit dat elk mens kwaliteiten heeft, maar dat die kwaliteiten ook een schaduwzijde hebben, een valkuil. Focussen op de valkuilen brengt iemand in de burn-out zone.[7]

 

Naast acceptatie en werkelijk het beste met de ander voorhebben kunnen we nog meer leren over motiveren vanuit de Bijbel. Het is wel even zoeken aangezien het woord “motiveren” niet in de Nederlandse vertaling van de Bijbel voorkomt. Kijken we naar het Grieks dan komen we beter beslagen ten ijs.  Daar zien we namelijk het woord “Parakleoo”.  “Parakleeoo” wordt vaak vertaalt met: “vermanen”, “troosten” en “bemoedigen”  maar het wordt ook vertaalt met “aansporen”[8] en “op roepen tot”[9] en dat zijn equivalenten van het woord “motiveren”.  Kortom als we willen weten hoe ze in de eerste gemeente motiveerden dan moeten we zoeken naar het woord “Parakleoo” en kijken hoe dat woord in de context van de tekst gebruikt wordt.

 

Zo zien we in Handelingen dat profeten de gemeente bemoedigden en motiveerden met woorden en beelden van God (Handelingen 15:32). Uit andere teksten blijkt dat andere leiders worden gestuurd om de mensen te bemoedigen en aan te sporen (Colossenzen 4:7-8, 1 Thes. 3:2). Ook zien we dat Paulus veelvuldig motiveert. Paulus doet in de Romeinen brief een beroep op wederkerigheid. Hij kijkt wat redelijkerwijs vanuit dankbaarheid verwacht mag worden (Romeinen 12:1).

 

Daarnaast doet hij een beroep op het gemeenschappelijk geloof en de daden die daar bij passen. Omdat zij dezelfde Heer dienen en dezelfde Heilige Geest in zich hebben roept hij om samen in gebed te strijden (Romeinen 15:30 – vv). Het beroep doen op het gemeenschappelijke doel vanuit het gemeenschappelijk geloof is voor Paulus over het algemeen zijn manier van motiveren. Hij zet Christus en Zijn werk centraal als voorbeeld en roept op om van daaruit te gaan leven (1 Korinthe 1:10).

 

Christus is voor Paulus het ultieme voorbeeld. Zijn dood aan het kruis is het ultieme voorbeeld van gehoorzaamheid aan God (Filip 2:8) en het ultieme voorbeeld van de belangen van een ander voorop stellen (Filip. 2:7). Paulus ziet dat door Christus de wereld gered wordt (1 Timotheüs 2:1-7). Je inzetten voor Hem betekent ook dat je inzet voor de redding van de wereld (Rom. 1:6, Col. 1:3-6). Voor dat doel brengt Paulus dan ook graag offers (2 Tim. 1:8-12, 4:5-6.) Paulus roept zelfs op een ieder die aan dit doel werkt te helpen.(1 Korinthe 16:15-16)
  
Leven naar Jezus’ principes betekent volgens Paulus dat Hij jou zal laten schitteren. Het betekent dat Hij jou eer en heerlijkheid geeft (Rom. 2:10, Rom. 6:4-5, Filip 2: 15). Toch draait het bij Paulus niet in eerste instantie om deze persoonlijke roem. De persoonlijke roem, je eigenbelang mag niet voorop staan (Filip. 2: 4,21). In Filippenzen 2 schrijft hij uitgebreid over wat wel de bedoeling is. Dit betekent echter niet dat persoonlijke eer niet meespeelt. Juist in een cultuur van “eer” is het belangrijk hier bij stil te staan. Paulus gebruikt dan ook weldegelijk “eer” als motivatiemiddel. Hij schrijft herhaaldelijk dat ons functioneren uiteindelijk beoordeeld zal worden en ja, dan wil je toch niet voor God staan en door de grond zakken van schaamte. Waardig naar je roeping/opdracht, handelen en wandelen is een belangrijk motivatiemiddel voor Paulus (Filip. 2:12-16, 1 Kor. 3:10-15, 2 Kor. 5:3, Efeze 4:1). Ook het ontvangen een erekrans wordt herhaaldelijk genoemd en gebruikt als motivatiemiddel
(1 Kor. 9:25,  2 Tim. 4:8, 1 Thes. 2:19).
 
Tot slot is het heel interessant om te zien hoe Paulus in de tweede brief aan de Korinthe mensen motiveert om positief tegen het lijden aan te kijken.  Als er iets waar mensen veel motivatie voor nodig hebben is het wel het ondergaan en doorstaan van lijden. Paulus neemt zichzelf als voorbeeld en vertelt dat hetgeen hij lijden moet niet opweegt tegen wat het hem oplevert. Hij gebruikt hierbij de volgende interessante argumentatie:

  • De mensen zien jouw lijden en groeien in geloof  door jouw getuigenis:
    “Wij dragen altijd het sterven van de Heere Jezus in het lichaam mee, opdat ook het leven van Jezus in ons lichaam openbaar wordt. Want wij die leven, worden voortdurend aan de dood overgegeven om Jezus’ wil, opdat ook het leven van Jezus openbaar wordt in ons sterfelijk vlees.  Zo is dan de dood werkzaam in ons, maar het leven in u… Want dit alles gebeurt ter wille van u, opdat de genade, die meer en meer is toegenomen, door de dankzegging van velen overvloedig wordt tot verheerlijking van God.” (2 Korinthe 4:10-12, 15)[10]

  • Door het lijden heen ontdekte Paulus de heerlijkheid van de onzichtbare wereld: 
    “Daarom verliezen wij de moed niet; integendeel, ook al vergaat onze uiterlijke mens, toch wordt de innerlijke mens van dag tot dag vernieuwd. Want onze lichte verdrukking, die van korte duur is, brengt in ons een allesovertreffend eeuwig gewicht van heerlijkheid teweeg. Wij houden onze ogen immers niet gericht op de dingen die men ziet, maar op de dingen die men niet ziet; want de dingen die men ziet, zijn van het ogenblik, maar de dingen die men niet ziet, zijn eeuwig.” (2 Korinthe 4:16-18).[11]

  • Door trouw te blijven aan je geloof kan je eervol verantwoording afleggen over je leven:
    “Maar wij hebben goede moed en wij hebben er meer behagen in om uit het lichaam uit te wonen en bij de Heere in te wonen. Daarom stellen wij er ook een eer in, hetzij inwonend, hetzij uitwonend, om Hem welbehaaglijk te zijn. Want wij moeten allen voor de rechterstoel van Christus openbaar worden, opdat ieder vergelding ontvangt voor wat hij door middel van zijn lichaam gedaan heeft, hetzij goed, hetzij kwaad.” (2 Korinthe 5:8-10).

[1]     Mensen zijn eerder geneigd in te stemmen met een verzoek als daar een reden voorgegeven wordt. In een onderzoek waarbij mensen vroegen bij een kopieermachine of ze voor mochten omdat ze maar 5 pagina’s hoefde te kopieëren regeerde 60% positief. Echter toen ze de beweegreden vertelde  in de zin van “Ik heb haast” steeg dit tot 94 procent. (Cialdini,R.B. Invloed: De zes geheimen van overtuigen., Pag. 7-8, verwijzend naar een onderzoek van: Langer, Blank & Chanowitz uit 1978.)

[2]     I once read of a professional athletic team that was losing games. Morale and motivation were low, and there was bickering and strife among the athletes. When a reporter probed into the situation, he discovered the root cause: The players did not know what the management was thinking and so they fed on rumors. Was the club going to remain in the city where they were playing or would they be moved across the country? Were the players secure in their jobs or would they be traded? Was the owner going to fire the manager? And on and on. Nobody had answers. Just questions. Team members felt suspicious and anxious, and this affected their game. They knew they weren’t playing well, and this made them mad because they knew they could do better. And their poor performance angered the coaches. And so on around the circle. Their real problem was a management problem. Their leaders were not doing their jobs. It is interesting to note that the apostle Paul used teams of people to dispense information: “Tychicus will tell you all the news about me. He is a dear brother, a faithful minister and fellow servant in the Lord. I am sending him to you for the express purpose that you may know about our circumstances and that he may encourage your hearts. He is coming with Onesimus, our faithful and dear brother, who is one of you. They will tell you everything that is happening here.” (Col. 4:7–9). (Eims, L., 2012. Be a motivational leader: lasting leadership principles, Colorado Springs, CO: David C Cook.)

[3]      Eccles, R.G., Nohria, N.,  “De achterkant van de managementrage: De essentie van het management opnieuw ontdekken.”, Pag. 76.

[4]      “Wij bezitten allemaal veel identiteiten, en we zien onszelf niet alleen maar als ‘gewoon mijzelf’. Gemeenschap, nationaliteit, klas, ras, geslacht, vakbondslid…revolutionaire solidariteit en dergelijke verschaffen allemaal mogelijke identiteiten die, afhankelijk van de context, cruciaal kunnen zijn voor ons zelfbeeld, en dus voor de manier waarop we ons welzijn, onze doelen of onze gedragsverplichtingen zien.” (Amartya, S., “Goals, Commitment and Identity:  Journal of law, economics and organization, 1”, Pag. 348.

[5]     Eccles, R.G., Nohria, N.,  “De achterkant van de managementrage: De essentie van het management opnieuw ontdekken.”, Pag. 91.

[6]     The only true measure of success is the ratio between what we might have been and what we have become. In other words, success comes as the result of growing to our potential. We have nearly limitless potential, yet too few ever try to reach it. Why? The answer lies in this: We can do anything, but we can’t do everything. Many people let everyone around them decide their agenda in life. As a result, they never really dedicate themselves to their purpose in life.” Maxwell, J.C., 2006. Real leadership the 101 collection, Nashville: Thomas Nelson.

[7]     Voor meer informatie zie: “Ofman, D.D, Ir., ”Bezieling en kwaliteit in organisaties”

[8]     Zie: Hand. 27:33-34, 2 Kor 8:6, 9:5, 13:11, 2 Thes. 3:12, Heb. 10:25, etc.

[9]     Zie: Rom. 12:1, 15:30, 16:17, 1 Kor. 1:10, 4:16, 14:31,16:12, etc.

[10]   Paulus had al eerder in deze brief vertelt dat zijn lijden tot vertroosting voor anderen was (zie 2 Kor. 1:4-5).

[11]   Paulus haalt in dezelfde brief, in 2 Korinthe 12:1-7 een geweldige openbaring /ervaring aan  en koppelt deze aan het lijden.

Related Articles

Responses

Your email address will not be published. Required fields are marked *